Door de ramen

FullSizeRender-4
“Je mag wel bij mij komen,” zegt de vrouw als ze Kitty in de deuropening ziet staan.
“Zal ik een stoel onder je benen schuiven?” vraagt Kitty.
“Ja dat is goed,” zegt ze.
“Wat heb je een hoge hakken!” zegt Kitty als ze de schoenen van de vrouw bestudeert.
“Ik heb altijd hoge hakken,” zegt de vrouw, “en dan loop ik door de boomgaard.”
“Waar is de boomgaard?” vraagt Kitty.
“Zie je dat niet?” De vrouw wijst naar de ramen van de gang. “Daar! Allemaal appels en peren.” Dan wijst ze naar het balkon: “en daar de pruimen.”
Aan tafel zit een man met kaarten. Op één kaart is een haas afgebeeld.
“Ik heb ook een haas,” zegt Kitty tegen de man.
Ze laat hem de hazenpop zien.
“Is dat een haas? Nee, dat is een kilo. Een haas is groter,” zegt de man.
“Heb je een auto?” vraagt Kitty.
“Ja,” zegt de man en wijst naar buiten. “Die heet Viskop.”
Bij de vrouw is een man aangeschoven die een andere taal spreekt. Hij praat hard. Kitty gaat marcheren als een soldaat. De man lacht en roept “rechtdoor!”
Kitty doet dit maar botst tegen het bed in de kamer. De man lacht weer.
Dan roept de vrouw boos: “geef hem maar een schop!”
“Oh, nee dan kom ik in de gevangenis!” zegt Kitty geschrokken.
“Dan kom je maar mooi bij mij,” zegt de vrouw.
“Zit jij dan ook in de gevangenis?” vraagt Kitty.
De vrouw glimlacht.
“Misschien wel,” antwoordt ze.

Bladwijzer de permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *