Een raar figuur


Kitty is de kamer van de man ingeslopen en hurkt op een afstandje in zijn blikveld.
“Opsodemieteren!” roept hij met boze stem.
“Ik zal gauw weer opsodemieteren,” zegt Kitty.
“Opsodemieteren!” roept de man opnieuw. “Wat doe je hier!”
“Ik ga héél kort muziek maken,” zegt Kitty.
En Kitty begint. De man kijkt stuurs vooruit. Dan, zonder geluid, beweegt zijn mond mee met het lied.
Na vier liedjes kondigt Kitty het laatste liedje aan.
“Haha!” roept de man als hij ook dit lied herkent.
“Afgelopen,” zegt Kitty dan.
De man kijkt Kitty aan. Hij kijkt vriendelijk.
“Prachtig…,” zegt hij zacht.
In de woonkamer gaat Kitty de bewoners langs. De mensen zingen en babbelen. Eén vrouw kijkt strak.
“Wat een raar figuur is dat daar!” zegt ze.
Kitty weet niet wat ze doen moet, maar de zuster zegt dat de vrouw zeer slecht ziet. Kitty komt heel dicht bij de vrouw.
“O,” zegt ze, “ja die neus is raar. Maar wat is dat? Een strik? Dat is wel mooi! Hoe ben jij hier gekomen?”
“Met de bus,” zegt Kitty. “En die kreeg een lekke band!”
“Ooh!” zucht de vrouw. “En toen moest je duwen?”
“Ja…” zucht Kitty.
“Wat zul je nu moe zijn,” zegt de vrouw.
“Zou ik wel even kunnen slapen in jouw bed?” vraagt Kitty.
De vrouw denkt na.
“Dat kan!” zegt ze dan. “Op mijn stoel kan ik ook liggen. Daar slaap ik dan.”
“Dankjewel,” zegt Kitty, en geeft de vrouw een knuffel.

Bladwijzer de permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *