“Wat zie je er toch modieus uit,” zegt Kitty tegen de vrouw. “Heb je veel verstand van mode?”
“Mijn dochter,” zegt de vrouw. “Die past alles voor me. Op het plein voor de kerk.”
“Durft ze zich om te kleden op een plein?” vraagt Kitty.
“Zo erg is dat niet,” zegt de vrouw. “Ze eten haar niet op. Wat moet ik nu met dat viooltje daar?” vraagt ze terwijl ze met haar wijsvinger op de ukelele tikt.
“Geen idee,” zegt Kitty. “Weggooien?”
“Nee!” zegt de vrouw. “Jíj gaat er op spelen.”
Kitty sluipt naar een andere vrouw toe.
De vrouw lacht. “Ik ben niet bang,” zegt ze.
Kitty komt heel dichtbij en slaat een arm om haar heen.
“Oef, nu heb je bijna alles,” zegt de vrouw.
Kitty slaat nog een arm om haar heen. “Nu heb ik alles, maar ik hou het niet.”
“Zo is het wel goed,” zegt de vrouw.
Een blinde vrouw heeft Kitty’s neus tussen de vingers en knijpt.
“Toetoet!” roept Kitty.
“Kun je toeteren?” vraagt de vrouw. “Dat zou grappig zijn… Als iemand in je neus knijpt, dat jij dan Toetoet! roept. Dat is een leuk gebbetje. Ze schrikken zich dood!”
“Ik hou wel van een grap,” zegt Kitty. “Ik heb bedacht als grap om een oud vrouwtje te beroven.”
“Wat ga je dan stelen?” vraagt de vrouw.
“Een rolstoel,” zegt Kitty. “Heb je die?”
“Heb ik die? Volgens mij heb ik die nog niet,” zegt de vrouw.
“Dan zal ik wachten met die grap,” zegt Kitty.
“Ja, probeer het later maar eens,” zegt de vrouw. “Ik hou wel van gebbetjes.”
Gebbetje
Bladwijzer de permalink.