Op de gang hebben twee vrouwen met rollators ruzie.
“Deze is van mij!” zegt de vrouw achter de paarse rollator, wijzend naar de rode.
“Deze is niet van jou!” roept de andere vrouw.
“Je hebt die van mij gepakt!” roept de vrouw met de paarse.
Kitty vraagt of de paarse rollator nieuw is.
“Nee, ze hebben hem opgeknapt”, zegt ze, “en nu ga ik er vandoor!” Ze loopt naar haar afdeling. “Hier, neem jij deze dan maar mee”, zegt de eigenares van de rode rollator tegen Kitty, en duwt de rollator aan de kant. Ze gaat op een stoel zitten om bij te komen.
“Ik ga nu ook weg, dan heb je rust”, zegt Kitty.
“Ja, iedereen moet weg”, zegt de vrouw.
Kitty loopt naar het zaaltje. Een vrouw kijkt afkeurend naar Kitty met haar ballon. Kitty probeert haar anders te benaderen en kruipt onder de tafel door naar haar toe.
De vrouw kijkt verrast: “och kom maar”, zegt ze, wijzend naar het kleine stukje vrije ruimte op haar stoel.
Kitty komt langzaam een stukje hoger en de vrouw slaat haar armen om Kitty heen en geeft een knuffel.
“Kom maar bij mij”, zegt ze al knuffelend.