Kitty laat de ukelele zien aan een man.
“Ik ben dirigent van het koor”, zegt de man.
“Dat is mooi”, zegt Kitty, “ik ga zingen en jij dirigeert!”
“Nee”, zegt de man.
Kitty gaat toch zingen en de man maakt een paar zuinige zwaaien met zijn handen.
“Dank je voor het dirigeren”, zegt Kitty, en de man kijkt haar tevreden aan.
Aan een vrouw in bed geeft Kitty haar konijn. Er komt meteen een onverstaanbare spraakvloed los. Ze heeft een mooie stem en Kitty begint een liedje te zingen. De vrouw zingt mee, af en toe zelfs tweede stem.
Een man zegt tegen Kitty, wijzend naar de zuster: “dat meisje was nog heel klein toen ze bij ons kwam wonen”.
“Wat?” zegt Kitty verbaasd.
“Ben je doof?” vraagt de man.
Hij pakt zijn gehoorapparaat en laat deze aan Kitty zien.
“Dit is mijn zender”, zegt hij. “Ik heb het uitgevonden en in Zwitserland laten maken. Mensen kunnen vaak niet luisteren, dit heb ik gemaakt om de mensen te helpen”.
Hij wijst naar de ukelele en vraagt: “staat alles daarop?”
Kitty houdt de ukelele bij haar oor om te luisteren en herhaalt wat de man vertelde.
“Goed bewaren!” zegt de man.
Luisteren
Bladwijzer de permalink.