Niet gek

De vrouw kijkt dromerig voor zich uit. Kitty gaat bij haar zitten en pakt haar hand. Na een poosje tilt de vrouw Kitty’s hand op en raakt deze met haar mond aan. Kitty geeft de vrouw een kus op haar hand. De vrouw drukt Kitty’s hand weer tegen haar mond en geeft ook een kus.
Dan valt haar oog op de ukelele.
Kitty slaat de A aan. De vrouw tuit haar mond en zingt ‘Ooooooo’, op de toon van A.
Kitty slaat de andere snaren aan. Na de E zingt de vrouw weer ‘Oooooooo’, op de toon van de E.
Dan is haar aandacht bij Kitty’s jurk en ze aait zacht over de stof. Kitty aait de vrouw over haar hand. Ze brengt Kitty’s hand naar haar wang en doet de ogen dicht.
Een man kijkt Kitty boos aan.
“Niet doen!” roept een man. “Die man is gek!”
De man strompelt moeizaam in zijn rolstoel in de richting van de deur.
“Zal ik helpen?” vraagt Kitty.
Kitty duwt de man over de gang.
“Stop!” roept de man opeens en wijst naar een openstaand raampje. “Dat heb ik kapotgegooid.”
“Wat heb je er door gesmeten?” vraagt Kitty.
“Dat weet ik niet meer maar ik moest wat doen,” zegt de man.
“Zie je daar dat balkon?” vraagt Kitty. “Daar zit iemand.”
“Kan ik daar ook zitten?” vraagt de man.
“Dat kan,” zegt Kitty.
“Kan ik dan over de rand springen?” vraagt de man.
“Dat liever niet,” zegt Kitty en duwt de man terug naar de woonkamer.
Daar vraagt de zuster aan de man: “vind je dat geen rare neus?”
“Hm,” bromt de man. “Ze kan wel mooi zingen.”