Oud

“Ik heb hier een glas maar ik ben vergeten wat er in zit,” zegt Kitty.
“Dat geeft niet,” zegt een vrouw, “we vergeten allemaal van alles.”
“Verliezen we onze hersens dan?” vraagt Kitty.
“Ik niet,” zegt de vrouw. “Ik heb twee gehoorapparaten dus kunnen ze niet ontsnappen.”
“Wat heb ik hier dan?” vraagt Kitty aan de vrouw naast haar.
“Water, maar dan heel zoet en roze,” zegt ze.
“Met framboos,” zegt een andere vrouw.
“Framboos heb ik nog nooit gehad,” zegt de vrouw naast Kitty met een vies gezicht.
“Dan weet je nu hoe dat smaakt,” zegt Kitty.
“Zoet en roze,” zegt de vrouw met een vies gezicht.
“Dat liedje wat je speelt, dat is negentig jaar oud,” zegt de man.
“Ik ben hier ook vast de oudste van de groep,” antwoordt Kitty. “En jij de jongste.”
“O,” zegt de man en lacht. “Je bedoelt van binnen. Ik heb wel de beste benen.”
“Dan ben je hier vast altijd als eerste,” zegt Kitty.
“Van dit groepje ben ik altijd de eerste,” zegt de man.
“Heb je de marathon al gedaan?” vraagt Kitty.
“Vroeger had je daar geen tijd voor,” zegt de man. “Mannen hebben nu meer tijd.”
Kitty zingt nog een liedje met de groep en de man doet niet mee.
“Daar was er nog één van dat hemels wezen,” zegt de man. “Dat liedje is ongeveer tachtig jaar oud. Ik vind er niks aan,” zegt de man en doet alsof hij Kitty verscheurd. Daarna knijpt hij zacht in Kitty’s hand.
“Het is een liedje dat mensen troost geeft,” zegt Kitty. “In het liedje is het mooier dan in de realiteit.”
“Dan heb je het over de romantiek,” zegt de man. “Ik vind er niks aan maar kom maar eens weer. Die anderen vinden het heel leuk.”