De vrouw zit in de hoek van de kamer één broekspijp op te stropen. Ze stroopt die helemaal tot over de knie.
“Hè, je hebt verschillende broekspijpen,” zegt Kitty tegen de vrouw.
De vrouw vouwt het randje van haar broekspijp om.
“Nu zijn ze weer hetzelfde,” zegt de vrouw.
Kitty zet een paar wasknijpers aan de broekspijp.
“Zo is het wat leuker versierd,” zegt Kitty.
“Dat ken ik niet,” zegt de vrouw, “die zijn hard, maar mooie kleuren.”
Aan tafel zit een vrouw ingespannen te kleuren.
“Ben je een kunstenares?” vraagt Kitty aan de vrouw.
“Oh ja!” zegt de vrouw met haar neus tegen die van Kitty, “ik ben heel wat! Ik vloog eens naar Amerika, een dag èn een nacht in het vliegtuig.”
“Ik ga zo ook weg,” zegt een andere vrouw. “Dan haal ik mijn kamer leeg en dan ben ik zo vertrokken.”
“Waar ga je dan naar toe?” vraagt Kitty en ze krabt zich op het hoofd.
“Hè niet krabben!” roept de vrouw luid.
Kitty stopt geschrokken.
“Dat doe ik bij mijn kinderen ook zo,” zegt de vrouw glimlachend. “Ze zijn nu al groot. Ze kunnen alles al zelf.”
Over de knie
Bladwijzer de permalink.