Stoere mannen


De zuster laat Kitty binnen bij de man die altijd alleen zit.
“Dag, mag ik u een hand geven?” vraagt Kitty.
“Nee!” roept de man. “Ga weg! Ik hoef die gekkigheid niet.”
Kitty hurkt neer op een meter afstand van de man. “Heeft u zin in koffie?”
“Ik wil niks!” roept de man.
Kitty wacht even en begint een liedje te spelen.
De mond van de man vormt de woorden van het lied. Na vijf liedjes stopt Kitty.
“O,” zegt de man. “Dat was prachtig!”
“Mag ik u nog een hand geven?” vraagt Kitty. “Dan ga ik daarna rustig weg.”
De man steekt zijn bevende hand uit en glimlacht heel even.
Op de gang morrelt een man aan deuren die niet van zijn slaapkamer zijn.
“Die gaat niet open,” zegt hij. “Probeer jij díe eens?”
Kitty morrelt aan de deur ernaast. “Nee, hartstikke dicht! Maar woon jij hier dan?”
“Ik woon overal,” zegt de man.
Kitty kijkt de man verbluft aan.
“Dat klinkt interessant hè?” zegt de man stoer.
“Dus je ziet nog wel waar je gaat slapen? Heel avontuurlijk,” zegt Kitty.
De man wijst naar het plafond. “Hier boven zijn nog meer compartimentjes.”
“Volgens mij zitten daar veel muizen,” zegt Kitty.
“Nee,” zegt de man. “Die heb ik daar nog nooit gezien. Hooguit een kikker.”
De man draait zich richting woonkamer. “Dáár ga ik nu slapen.”
“Ik ga aan de andere kant slapen,” zegt Kitty.
“Goed,” zegt de man. “Maar op een vies donker nachtje mag je wel bij mij slapen.”

Bladwijzer de permalink.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *