Wijs

De vrouw loopt de kamer in. Ze kijkt even rond en verdwijnt weer op de gang.
Een poos later komt ze terug.
“Weet je dat er nog één met een rode neus is?” vraagt de vrouw. “Dáár op de gang! Die zag ik net.”
“Dat wist ik niet,” zegt Kitty. “Misschien zijn er nog wel drie of tien met zo’n neus?”
“Dan is het hier feest,” zegt de vrouw. “Maak je muziek?”
“Ja met de ukelele,” zegt Kitty. “Als dat mag.”
“Ik ben de baas,” zegt de vrouw. “En het mag.”
Ze ziet dat een buurvrouw haar ontevreden aankijkt.
“Eén liedje dan,” voegt ze dan toe. “Dan is het niet zo erg voor de mensen die het niet willen.”
“Je hebt een man hè?” vraagt de vrouw na het liedje. “Trouw niet omdat hij rijk is maar alleen omdat het goed voelt. Anders is het bijna alsof… je bent mishandeld.”
“Wat een wijsheid,” zegt Kitty. “Je bent zeker een dokter!”
“Nee hoor ik ben een gewoon varken,” zegt de vrouw.
“Dat is nog leuker ook!” zegt Kitty.
“Ja ik hobbel wat rond en dan slaap ik wat,” zegt de vrouw.
“Ik heb eens gehoord dat oude mensen alleen zitten en zeuren,” zegt Kitty.
“Dat zie ik ook,” zegt de vrouw. “Dat komt omdat er geen afwisseling is.”
“En dan ben je óók nog wijs,” zegt Kitty.
“Vind je?” zegt de vrouw blij. “Ik heb wel veel met mensen gepraat. Arme mensen en die lopen allemaal met de handen op hun rug. Zó zie ik dat ze arm zijn.”
“Ik loop liever zó,” zegt Kitty en doet een dansje voor de vrouw.
De vrouw lacht. “Dat vind ik ook mooier,” zegt de vrouw.