Impressie van een bezoek van contactclown Kitty aan ouderen met dementie in een verpleeghuis.
De man maakt veel lawaai. “Weg” en “waar” verstaat Kitty.
“Hij is iets kwijt,” zegt Kitty tegen de vrouw die ernaast zit. “Wat heb je nodig?”
De man klopt op zijn buik en benen en blijft roepen.
“Ik weet het: een zakdoek,” zegt Kitty. “Wil je een zakdoek?”
“Ja,” zegt de man.
Kitty geeft de man een stuk keukenpapier.
“Die is niet van mij,” zegt de man en hij geeft het terug.
“Dit is niet goed,” zegt Kitty tegen de vrouw.
“Deze is te zacht,” zegt de vrouw.
“Ja, ik haal een andere,” zegt Kitty en gaat op de kamer van de man een zakdoek pakken.
Onderweg ziet een vrouw vanuit haar kamer Kitty gaan en Kitty loopt erheen.
“Waarom heb jij die strik?” vraagt de vrouw.
“Omdat het feestelijk is,” antwoordt Kitty.
De vrouw kijkt Kitty indringend aan.
“Je bent een clówn!” zegt ze dan.
De vrouw kijkt Kitty nog indringender aan. “Maar weet je, Elsie heeft vannacht naar gedroomd.”
“O, wat dan?” vraagt Kitty.
“Ze kon het IJsselmeer niet op. En hij had rollende ogen,” zegt de vrouw.
Dan pakt ze snel de zakdoek uit Kitty’s hand en houdt deze onder de tafel.
“Krijg ik de zakdoek terug?” vraagt Kitty, maar de vrouw kijkt weg en reageert niet meer.
Kitty haalt opnieuw een zakdoek voor de man.
“Hehe, ben je er weer?” merkt de vrouw naast hem op.
“Het duurde lang hé,” zegt Kitty. “Ik moest hem zelf nog breien.”
Kitty geeft de zakdoek aan de man. “Die is niet van mij,” zegt hij en hij duwt ‘me opzij.
“Je moet maar wat anders breien,” zegt de vrouw. “Hij heeft wel een mooie trui hè. Daarom zijn we zo aardig voor hem.”
Zakdoek
Bladwijzer de permalink.